Uit de kunst

Dit thema start ik door te vertellen dat ik in de vakantie naar het Moco museum ben geweest om de kunstwerken van Bansky te bekijken. Ik laat er foto’s van zien en O. vraagt waarom de ballon rood is. A reageert daarop met “Het is moohooi.” Ik vraag aan de kinderen of ze ook wel eens naar een museum zijn geweest en wat ze gezien hebben. Een paar kinderen zijn al naar musea geweest. T. vertelt trots dat hij naar een piratenschip is geweest , B zegt: “Ik ben in het Rijks geweest en heb het meisje met de melk gezien.” J. zegt over van Gogh “Die meneer heeft oorpijn en daarom heeft hij 1 oor.”

VOORLEZEN EN SPEL

Op de verteltafel staat onder een laken een houten lege box met de schilderijen en beelden uit het boek ‘Nijntje in het museum’ maar ook andere bekende schilderijen. Nadat het boek is voorgelezen wordt het museum enthousiast door de kinderen ingericht en het verhaal nagespeeld maar meteen waren daar ook gesprekken over welk schilderij mooi en welke niet mooi is. Of zoals een peuter zei: “Ik vind het heel gek.” Een ander vroeg zich bij een schilderij af wat het was en ze zei: “Wat heeft hij nou gemaakt?”

HET ATELIER

De volgende dag hebben we tijdens het fruit eten een gesprek over kunstenaars naar aanleiding van een echt schilderij dat ik heb meegenomen en de foto van de kunstenaar en dat wij dat eigenlijk ook kunstenaars zijn, of kunnen worden. De vraag is: Wat voor materiaal hebben we nodig voor ons atelier? Alle kinderen reageren enthousiast en zeggen of pakken wat er nodig is: Een peuter zegt: “Die dingen.” en wijst naar de kwasten. Natuurlijk ook verf en alle kleuren moeten er in. Een schildersezel zorgt voor veel gelach want dat is toch wel een gek woord. Samen met een paar kinderen richt ik het atelier verder in.

ZELF AAN DE SLAG

Wat mijn collega en mij opvalt is dat de kinderen heel nieuwsgierig zijn naar wie de schilderijen die ter decoratie in het atelier hangen, hebben gemaakt. Een peuter reageerde bij een schilderij van Mondriaan: “Dit is een makkie.”, oftewel: er worden meteen “Mondrianen” gemaakt. Samen met de kinderen maken we ook een lied: “Zeg ken jij die kunstenaar?” (op de wijs van “Zeg ken jij de mosselman?”), en daar komt elke week een schilderij en kunstenaar bij. De kinderen komen zelf vaak met goede ideeën, b.v. een peuter neemt haar knuffel mee, want die wil ze na gaan maken in het atelier. Ook komt de vraag naar boven hoeveel een schilderij kost, daar zijn we nu mee bezig. De kinderen maken prijskaarten en verkopen de kunstwerken in het atelier. Door in te spelen op vragen van kinderen wordt dit hun thema. Activiteiten die we in ieder geval willen doen zijn:

• Het mengen van kleuren (vinden peuters heel magisch).

• Het verleden (zelfportret schilderen) en heden (selfie maken).

• In onze tuin de bloemen of kriebelbeesten tekenen/schilderen.

• Een muurschildering maken met krijt.

• Een gezamenlijk kunstwerk maken van kosteloos materiaal en natuurlijk wat de kinderen zelf aandragen.

In het atelier van het IKC gaan we twee keer in de week met andere materialen werken onder leiding van een echte kunstenaar.

DE WERELD IN

Een ouder heeft geregeld dat wij binnenkort een bezoek mogen brengen aan De Nachtwacht in het Rijksmuseum en we gaan beelden bekijken in Artzuid (Amsterdam Sculptuur Biënale). De ouders gaan zelf op een zondag naar het Cobramuseum, waar de kinderen creatief aan de slag kunnen gaan. Het kan zomaar zijn dat we naar aanleiding van ons bezoek aan het Rijksmuseum de themahoek om zullen bouwen tot museum. Dan worden we naast kunstenaar ook conservator, gids of bezoeker. We sluiten dit thema af met een expositie van alle kunstwerken.