Het thema leeft!
Laura Manten is leerkracht in groep 3-4 op basisschool ‘t Kofschip in Zeewolde.
In groep 3-4 van ’t Kofschip nemen de startactiviteiten een belangrijke rol in bij een thema. Van te voren denk ik hier als leerkracht over na, zodat de kinderen zich goed kunnen oriënteren op een thema en serieuze vragen kunnen formuleren. Het is belangrijk dat deze activiteiten pakkend en betekenisvol zijn en de nieuwsgierigheid opwekken. Dit sluit aan bij de manier waarop (jonge) kinderen leren. Vanuit deze eerste startactiviteit worden de kinderen warm gemaakt voor het thema.
Na de zomervakantie zijn wij begonnen met het thema van de Kinderboekenweek: ‘Worden wat je wil’. Een grote koffer staat in het midden van de klas. Hierin zitten kleding en attributen van verschillende beroepen. Om beurten mogen kinderen in de koffer kijken en hier iets uithalen. Wat is het? Wat kun je er mee? Al snel komen de kinderen er achter dat het hoort bij verschillende beroepen. Het is veel en hoort niet allemaal bij elkaar. Gezamenlijk hebben de kinderen een beroep uitgekozen. De kleding van de ambulancebroeders spreekt de kinderen erg aan. Ook komen meerdere kinderen al met ervaringen over ziek zijn, en werken familieleden van meerdere kinderen in de verpleging. Wij gaan werken over het thema ‘Ziek zijn’.
Gedurende de eerste weken vinden nog meer activiteiten plaats om het thema te laten leven bij de kinderen. Voor mij is één van de belangrijkste het delen van ervaringsverhalen. Een mooi vertrekpunt:
wat speelt er bij de kinderen, waar zijn zij bekend mee? Van daaruit kunnen de kinderen het thema opbouwen.
Tijdens het delen van de ervaringsverhalen komt duidelijk naar voren dat meerdere kinderen wel eens iets gebroken heeft. Er is veel over verteld en gedeeld. Zo vertelt een leerling over een ongeluk, maar ook wat er vervolgens in het ziekenhuis gebeurde. De kinderen maken tekeningen en ouders sturen foto’s. Hierbij schrijven we gezamenlijk teksten. Gedurende het snuffelen in boeken (als startactiviteit) worden dan ook al snel boeken en teksten gevonden over breuken. De eerste leervragen worden gesteld: hoe werkt gips? Wordt het snel hard? Wat gebeurt er in het ziekenhuis?
Vervolgens zetten we het expertlezen in. Het gezamenlijke doel is om meer te weten te komen over breuken en gips. De kinderen vinden in de boeken verschillende teksten. Deze teksten kopieer ik om gezamenlijk te lezen. Ieder groepje krijgt een ander tekstdeel, zodat zij uiteindelijk kunnen uitwisselen wat zij gelezen hebben. Het thema leeft in de groep en de betrokkenheid is groot! Ook tijdens het buitenspel worden er situaties nagespeeld: vallen van de fiets, 112 bellen, routes uitstippelen, de ambulance komt er aan! Het is één groot spelverhaal dat in alle hoeken van de klas terugkomt. Tijdens het werken in de hoeken besteden we op allerlei manieren aandacht aan het thema. In de bouwhoek bouwen ze al snel de eerste ziekenhuizen. De buitenkant van het ziekenhuis staat al snel, maar hoe ziet de binnenkant er uit? We pakken de informatieboeken erbij om zo op ideeën te komen. De kinderen schrijven bewegwijzeringsborden en een naambord. Als vervolg op het expertlezen gaan de kinderen zelf aan de slag met gipsverband. Zo kunnen de kinderen ervaren hoe snel het gips hard wordt. Tijdens het expertlezen heeft een groepje zich verdiept in het röntgenapparaat. Uiteraard willen de kinderen deze ook graag maken voor in de spelhoek. Ze gebruiken dozen en ander kosteloos materiaal om dit te realiseren. Met witte wasco en ecoline knutselen we röntgenfoto’s. De spelhoek wordt zo steeds verder ingericht als ziekenhuis. We komen regelmatig in de kring samen en bespreken wat we gedaan hebben, en wat de kinderen graag het volgende moment zouden willen doen. Materiaal wordt mee naar school genomen om de spelhoek verder in te richten.
Om de betrokkenheid hoog te houden worden, wanneer nodig, nieuwe impulsen ingebracht. Nadat de kinderen zich al een tijd hebben verdiept in breuken en gips, was het tijd voor een nieuwe impuls. De koffer is nog een keer gevuld, maar nu met verschillende attributen die horen bij het thema ‘Ziek zijn’. Wat zal het volgende vertrekpunt worden?